In de 13e eeuw werd een romaanse basiliek met drie beuken en een klokkentoren gebouwd. Drie ronde bogen met richelvormige imposten scheiden het middenschip van de zijbeuken. De koorboog heeft eenvoudige kroonlijsten ter hoogte van de imposten. De lichtbeuk heeft romaanse tweelingramen. Het koor heeft een kruisgewelf met eenvoudig geprofileerde ribben en het romaanse platte plafond in het middenschip is vervangen door een gotisch kruisgewelf. De kerktoren stortte in 1894 in, waarbij ook het gewelf van het middenschip werd verwoest.